Merken hebben meeste invloed

Kong Athit, foto Charles Fox

Als algemeen secretaris van Cambodja’s grootste onafhankelijke vakbond Coalition of Cambodian Apparel Workers Democratic Union (C.CAWDU), partner van Wereldsolidariteit en ACV, zet Kong Athit zich in voor kledingarbeiders. C.CAWDU is onder meer betrokken bij onderhandelingen over het minimumloon en gaat geregeld in gesprek met de sportmerken.

 

Hoe lastig is het voor C.CAWDU om zich in te zetten voor arbeiders?

“Veel fabrieken werken ons tegen, maar het zijn vooral de pro-overheidsbonden die het ons moeilijk maken. Zij creëren vaak problemen in fabrieken en intimideren de arbeiders. Ze bieden de arbeiders geld aan om hun lidmaatschap bij C.CAWDU op te zeggen en zich bij hen aan te sluiten. Vervolgens vertrekt hun bond uit de fabriek en is de situatie weer net als vroeger, namelijk dat er helemaal geen vakbondsvertegenwoordiging in de fabriek is.”

De grote kledingmerken zeggen vaak dat ze de levens van arbeiders willen verbeteren. Gelooft u dat?

“Merken als Adidas en H&M zitten niet in Cambodja voor onze schone ogen, maar wel omdat de loonkost hier lager is dan in andere landen. De werkgevers en de overheid houden ons telkens voor dat het minimumloon zeker niet hoger mag liggen dan in buurland Vietnam. ‘Als we een te hoog minimumloon eisen, dan vernietigen we jobs’, krijgen we te horen. We voelen ook de druk van Myanmar, dat zich met goedkope loonarbeid presenteert aan de buitenwereld. De ondernemingen die de orders van de grote merken binnenhalen besteden de opdrachten (deels) uit. De kledingmerken kijken de andere kant op en wassen hun handen in onschuld. Zij weten zogezegd van niks. Bij die onderaannemers is het echter huilen met de pet op. De huisvesting is erbarmelijk. Veiligheidsvoorschriften worden niet gerespecteerd. De arbeidsomstandigheden zijn schrijnend. Een ramp zoals in Rana Plaza in Bangladesh zou zich net zo goed in Cambodja kunnen voordoen.”

En hoe zit het met de lonen?

Merken als Adidas en H&M zeggen dat ze een leefbaar loon willen, maar ze zijn vooral bezig met het verbeteren van hun imago. Ze hebben nu wereldwijd afspraken gemaakt, maar als je zaken echt wilt verbeteren moet je het op landniveau bekijken. Eigenlijk hebben de sportmerken geen idee hoe de situatie is. Hetzelfde gebeurt met de modelfabriek van H&M. Die zou hier in Cambodja staan, maar niemand weet welke fabriek dat dan is. Hoe kunnen wij dan geloven dat het daar beter gaat?"

’s Werelds grootste sportkledingmerken maken allemaal kleding in Cambodja. Spreekt u hen?

“We praten en discussiëren veel met hen. En doordat de merken de meest invloedrijke spelers zijn, winnen we de meeste zaken met hun hulp. Zo hadden we onlangs een zaak bij de Din Han fabriek die onder meer voor Adidas produceert. Onze lokale vakbondsleider werd er ontslagen en werd pas weer aangenomen nadat we Adidas hadden gevraagd de zaak op te nemen met de fabriek.”